donderdag 31 mei 2012

Verkeer in Phuket



De man staat boven op een enorme stapel hout, achter op een overbeladen pickup-truck die op hoge snelheid door het rode licht rijdt op een druk kruispunt in Phuket. De man staat daar niet voor niets, want het is zijn taak de stapel hout in evenwicht te houden en te voorkomen dat deze in de bochten door de middelpuntvliedende kracht over het asfalt wordt uitgestrooid. Hij maakt een erg gespannen indruk, want tegelijk moet hij ook zorgen niet zelf uit de pickup-truck te worden geslingerd, iets wat hem waarschijnlijk het leven zou kosten, gezien de auto’s en brommers die hem links en rechts inhalen.


Het is zomaar een alledaags tafereel in het verkeer in Phuket, waar alle officiële regels worden genegeerd en automobilisten en brommerrijders geheel naar eigen inzicht nieuwe inofficiële regels bedenken. Wie hier als buitenlander op vakantie komt of komt wonen, moet allereerst alles wat hij thuis over veilig verkeer heeft geleerd uit zijn geheugen wissen en drastisch omschakelen, zo niet dan gebeuren er ongelukken waarvan hem de schuld ongetwijfeld in de schoenen zal worden geschoven, ook al meent hij zich keurig aan de internationaal geldende verkeersregels te hebben gehouden. Die regels doen er hier namelijk niet toe. In plaats daarvan gelden de volgende (inofficiële) voorschriften:

-Groot of snel heeft voorrang op klein of langzaam.
-Spookrijden is oké als je niet midden op de weg rijdt.
-Je moet de verkeersstrepen waarmee een weg in banen wordt verdeeld ongeveer in het midden van de auto houden, dus twee wielen op de linker- en twee wielen op de rechterbaan.
-Een tweebaansweg kan ook als drie- of vierbaansweg worden gebruikt.
-Vluchtstroken zijn om te parkeren, om links in te halen of om commerciële activiteiten te ontplooien, zoals restaurants.
-Inhalen mag altijd.
-Een u-turn maken mag onder alle omstandigheden.
-Richtingaanwijzers zijn bedoeld om het voertuig op te vrolijken, evenals remlichten (zie foto touringcar), maar geven niet altijd informatie over wat de chauffeur vóór je van plan is.
-Een rood stoplicht wijst op naderend verkeer van de andere kant, maar betekent niet dat je per sé moet stoppen.


Het zal niemand verbazen dat hier veel ongelukken gebeuren, en voor zover ik het kan inschatten zijn die meestal de schuld van de slachtoffers zelf, vooral omdat de verplichte brommerhelmen of veiligheidsriemen worden gezien als een lastige en overdreven vorm van overheidsbetutteling. Het is hier volkomen normaal een politieagent te zien die zijn kinderen op de brommer naar school brengt, waarbij hij als enige een helm draagt. Daarbij kunnen er natuurlijk zoveel mensen op een brommer rijden als er maar op passen. Vijf personen is niet ongewoon, de hond die over het stuur hangt en het vogeltje in de kooi niet meegerekend.




Ook het vervoer van bouwvakkers en schoolkinderen naar hun werkplek is niet aan beperkingen gebonden. Bouwvakkers (meestal Birmezen) worden als haringen in een ton achter in een pick-up gepropt. En als kinderen niet meer in de schoolbus passen, hangen ze lekker uit de waaien op de achterplank.


Kortom, het is reuze gezellig hier in het verkeer. Je hoeft je nooit te vervelen, er is altijd wel wat te zien en altijd wat te beleven. Veel leuker dan in de file op de A2.


maandag 20 februari 2012

Een bijzonder schrijn in Bangkok

Net terug in Phuket na een paar dagen Bangkok. Tijdens een van onze wandelingen door de stad kwamen we toevallig langs het Erawan-schrijn op de hoek van Thanon Ploen Chit en Thanon Rachadamri.
Wat mij opviel was het grote aantal mensen dat hier even halt hield om een paar wierookstokjes te branden en een schietgebedje te doen. Daarnaast waren er danseressen die klassieke Thaise dansen uitvoerden en daarbij gebeden zongen voor mensen die daarom vroegen. Tegen betaling, vanzelfsprekend. 

Dit alles speelt zich af tussen de wolkenkrabbers en andere moderne gebouwen. De Skytrain dendert er bovenlangs, terwijl de uitlaatgassen van honderden brommers, taxi's en andere auto's zich mengen met de wierookdampen die bijna 24 uur per opstijgen van het altaar met daarop het beeld van de vierhoofdige god Brahma.
Als je zelf in de Skytrain zit, moet je niet verbaasd opkijken als andere passagiers het schrijn in het voorbijrijden een wai, de traditionele Thaise groet, geven.

Het Erawan-schrijn is een prachtig voorbeeld van de manier waarop het bovennatuurlijke in het dagelijks leven van de Thais geïntegreerd is. Ook laat het zien dat boeddhisme, hindoeïsme en volksgeloof in dit land naadloos in elkaar over lopen.  Het werd neergezet in 1956, nadat er bij de bouw van het Erawan Hotel 50 meter achter het schrijn allemaal 'onverklaarbare' ongelukken gebeurden, die aan meerdere bouwvakkers het leven kostten. Het bouwproject had bovendien met allerlei andere tegenslagen te kampen. De arbeiders werden zo bang dat ze weigerden verder te werken en de aannemer wendde zich wanhopig tot een bekende Thaise astroloog. Deze kwam tot de conclusie dat de hoeksteen op een ongunstige dag gelegd was, waardoor geesten en andere boze krachten vrij spel hadden. Bovendien werden in een grijs verleden op de plek waar het hotel gebouwd werd ook nog eens criminelen geëxecuteerd.

Thais geloven dat er op iedere plek geesten en goden wonen. Dus als je een huis of een ander gebouw neerzet moet je zorgen dat je deze bovennatuurlijke wezens niet voor het hoofd stoot. Dat doe je door de juiste ceremonies uit te voeren bij de start van de bouw, en door een geestenhuisje neer te zetten voor de ‘echte eigenaren van het land’. Daar zet je regelmatig wat fruit, water, rijst en melk in om ze tevreden te houden. Als je bijzondere wensen hebt steek je wierook voor ze aan. Voor de meeste Thaise huizen zie je zo’n geestenhuisje staan.

Bij de bouw van het Erawan Hotel was op dit gebied duidelijk iets mis gegaan. Er moest volgens de astroloog een altaar voor de hindoegod Brahma komen. Zodra het beeld geplaatst was kwam er een einde aan de tegenslagen en dodelijke ongelukken. De bevolking was hiervan zo onder de indruk dat er sindsdien elke dag honderden mensen naar het schrijn komen om wensen te doen. Zo schijnt het heel gebruikelijk te zijn bij het Erawan-schrijn langs te gaan voor je een lot in de loterij koopt, want je moet niets aan het toeval overlaten.

Het schrijn geniet zoveel eerbied dat een verwarde man die in 2006 schade aan het beeld toebracht dat met zijn leven moest bekopen. Nadat hij het beeld met een hamer had stuk geslagen werd hij door omstanders dood getrapt. Het beeld werd onmiddellijk vervangen. 

Op plek van het oude Erawan Hotel staat inmiddels alweer een nieuw hotel, het Grand Hyatt Erawan. De nieuwe eigenaren zijn zo verstandig geweest het schrijn te laten staan.




donderdag 8 december 2011

Grote Thaise uitvindingen (1)

De brommer met zijspan is een van de grootste bijdragen van Thailand aan de moderne beschaving. Als ik het over een zijspan heb, bedoel ik niet de aerodynamische torpedo met kunstlederen zitplaats van sommige westerse motoren. Nee, de Thaise zijspan is geboren uit armoede en tegelijk een toonbeeld van vindingrijkheid, creativiteit en veelzijdigheid. Hij is gemaakt van aan elkaar gelaste stukken betonijzer, een fiets- of brommerwiel en eventueel een parmantig baldakijntje in welks schaduw je allerlei (commerciële) activiteiten kunt ontplooien.
De Thaise zijspan is in de eerste plaats een goedkoop vervoermiddel waarmee je kinderen, grootouders, zakken rijst en tal van andere zaken van A naar B kunt brengen. Anders dan de Amsterdamse bakfiets is dit geen statussymbool voor grachtengordelmoeders, maar een proletarisch vervoermiddel bij uitstek.
De mooiste toepassingen zijn in mijn ogen de rijdende koffiebar, saté-gril en noedelsoepstal. Zo’n karretje baant zich onbekommerd een weg door het chaotische verkeer van Phuket, terwijl de bestuurder af en toe achterom kijkt om te zien of hij zijn sateetjes moet omkeren. Laatst zat ik ergens iets te eten langs de straat toen luid ratelend de nog aan de dampende soepkoker verbonden gasfles van een rijdend soepstalletje viel. Vonken trekkend schuurde de stalen fles langs het asfalt. Zonder ook maar een spier te vertrekken stopte de uitbaatster haar vehikel midden op de weg, zette de gasfles weer op zijn plaats, roerde in de soep en reed weer verder. We waren ternauwernood aan een gasexplosie ontsnapt, maar daarover scheen niemand zich druk te maken.

Op weg van en naar de school van Menno kom ik regelmatig vast te zitten omdat er zo’n rijdend keukentje voor me zit dat inhalen onmogelijk maakt. Ik word dan getrakteerd op de geur van verse saté, rokende houtskool en uitlaatgassen. Dit brengt mij meteen op een belangrijke andere functie van de Thaise brommer met zijspan: die van rijdende verkeersdrempel. Aangezien de gemiddelde Thai, in het algemeen toch een vriendelijk en rustig persoon, zodra hij achter het stuur zit verandert in een wegpiraat met bloeddoorlopen ogen, is deze functie van de brommer zeer verdienstelijk.  Hij levert een grote bijdrage aan de verkeersveiligheid, want  hij zorgt dat iedereen een stuk langzamer rijdt.  Welgestelde eigenaren van luxe terreinwagens riepen onlangs in een van de kranten op tot een verbod.

Ik hoef me echter geen zorgen te maken over het verdwijnen van de zijspan uit het Thaise straatbeeld. In de eerste plaats werden de voorstanders van het verbod weggehoond als egoïstische snelheidsmaniakken, maar bovendien zou een dergelijk verbod, als het ooit al van kracht werd, nooit worden nageleefd of afgedwongen. De politie probeert al jaren het dragen van de bromfietshelm af te dwingen, maar nog steeds rijdt negentig procent van de mensen in onze buurt met wapperende haren in de wind.
Ook over het feit dat veel brommerongelukken daardoor een fatale afloop hebben, of eindigen met een zware hersenbeschadiging, lijkt niemand zich echt druk te maken. Je kunt nu eenmaal niet leven zonder risico’s te lopen.

zaterdag 19 november 2011

Enge beesten

In Nederland heb je soms muizen, en als je heel veel pech hebt een rat te gast in je huis. In Thailand heb je die ook, maar daarnaast is er nog wat andere fauna die zich thuis voelt in de omgeving van mensen. Op de foto hierboven zie je de Aziatische watervaraan. We hebben hem gefotografeerd in de tuin van ons eerste huis in Thailand. Het is een soort  hagedis en hij kan drieënhalve meter lang worden. Deze was niet zo groot, misschien anderhalve meter, maar toch schijnt hij gemeen te kunnen bijten. Gelukkig zijn ze nogal schuw, en verdwijnen ze al snel als ze merken dat je naar buiten komt. In Thailand heet dit beest officieel de 'hia', maar omdat dat ook een scheldwoord is en mensen hier denken dat het gebruik van die naam ongeluk brengt, noemen de Thais hem vaak heel flatteus 'zilver en goud'.
De watervaraan levert meestal geen of weinig problemen op. Nee, de mensen maken zich hier pas echt zorgen over slangen. Zelfs hebben wij tot nu toe drie slangen in huis gehad en het viel mee, want er was slechts één giftige bij. Met een bezem zijn gewone slangetjes meestal zo de deur uit gewerkt. Vervelender is het als je een cobra in huis hebt, Dat komt hier regelmatig voor, niet alleen in Phuket maar ook in een grote stad als Bangkok. Maar geen nood, dan bel je de cobra-ophaaldienst, want inmiddels is de cobra een beschermde diersoort.
Vaste huisgasten zijn verder de gekko's. De kleintjes zijn prima. Ze eten kakkerlakken en andere insecten. Lastig is alleen dat ze overal poepen. Maar aangezien ramen en deuren de hele dag open staan zijn ze niet buiten te houden. Maar er is ook een grote soort, van een centimeter of dertig, en die wil ook nog wel eens mensen bijten. Het vervelende is dat het een nogal primitief diertje is. Hij weet wel hoe hij moet bijten, maar niet hoe hij moet loslaten.

In onze tuin wemelt het verder van de eekhoorns en  's avonds zie je vaak kikkers. Soms ook in huis. Ten slotte zagen we onlangs een  tamme makaak die kokosnoten plukte voor zijn baas.  Hij keek nogal gramstorig toen ik mijn fototoestel tevoorschijn haalde. Van pottenkijkers was hij niet gediend.

maandag 14 november 2011

Mevrouw Moo

Dit is het stalletje van mevrouw Moo. Althans, zo noem ik haar. Ik passeer haar karretje iedere dag als ik Menno naar school breng. Moo is het Thaise woord voor varken, en mevrouw Moo verkoopt varkensvlees. Iedere dag vers. Dat moet ook wel, want een koel- of vriesinstallatie heeft ze niet. Haar stalletje staat gewoon bij een temperatuur van dertig graden Celsius in de open lucht. Kop, poten, ingewanden, ribbetjes, filet, enz. liggen keurig gesorteerd op een oppervlak van twee vierkante meter en moeten die ruimte delen met een flink houten hakblok en een assortiment vlijmscherpe messen. Vreemd genoeg is er geen vlieg te bekennen, ook al is het vlees niet afgedekt.

Ik koop regelmatig vlees bij mevrouw Moo. Het smaakt prima. Hetzelfde geldt voor de ongekoelde eieren die ik op de markt koop, en voor de vis en garnalen. Mirjam, Menno en ik hebben in Thailand nog nooit voedselvergiftiging gehad, terwijl ik hier zelf mayonaise van rauwe eieren maak omdat ik die uit de winkel niet lekker vind. 
 
Ook fruit en groenten halen we op de markten, en soms ook kant-en-klare maaltijden: curry's, gegrilde kip, saté. In Nederlandse kranten lezen we regelmatig over salmonellla-uitbraken en meer van dat soort akelige besmettingen, zoals de komkommerpaniek van een paar maanden geleden. In Thailand horen we dat soort dingen eigenlijk nooit. Wij vragen ons af hoe dat kan. Wij weten zeker dat de omstandigheden waaronder etenswaren in Nederland en de rest van Europa bewerkt en bewaard worden veel hygiënischer zijn dan hier. Komen de vergiftigingen hier gewoon niet in de krant, of treden problemen minder op omdat vlees, vis, groenten en fruit hier toch nog vaak lokale producten zijn, die door boeren uit de directe omgeving naar de markt gebracht worden?
Hoe dan ook, van de week haal ik gewoon weer vlees bij mevrouw Moo.

vrijdag 11 november 2011

Loy Krathong

Vandaag heb ik met mijn vrouw Mirjam en mijn zoontje Menno Loy Krathong gevierd. Loy Krathong is een van de leukste feesten van Thailand. Ieder jaar op de avond van de volle maan in de twaalfde maand van de Thaise maankalender brengen mensen kleine, van bananenblad gemaakte bootjes, de 'krathongs', naar de oever van een meer of rivier om eer te betuigen aan Pra Meh Kongka, de godin van het water.

De bootjes zijn prachtige kunstwerkjes, versierd met bloemen, drie wierookstokjes en een kaarsje. Voor ze te water worden gelaten knippen mensen vaak een haarlok af en wat nagels, die ook op de krathong worden gelegd. Dan steken ze de wierook en de kaarsjes aan en doen een wens, in de hoop dat het komende jaar geluk brengt en dat het slechte karma van het afgelopen jaar met de krathong wordt meegevoerd en verdwijnt.

Loy Krathong valt samen met Yi-Peng, een feest uit het noorden van Thailand. Hierbij worden Kom Loy (zogeheten Thaise of Chinese lantaarns) ontstoken. Ze werken hetzelfde als heteluchtballonnen. Nadat de Kom Loy is aangestoken moet je hem voorzichtig vasthouden, tot de lucht binnen de lantaarn warm genoeg is om hem te laten opstijgen. Als je hem scheef houdt vliegt het papier in brand en is het mislukt.

Tegenwoordig worden deze lantaarns bij alle grote feesten ontstoken. Net als de krathong moet de Kom Loy alle slechte dingen van het afgelopen jaar met zich meenemen. Soms zijn het er zoveel dat het lijkt of de sterrenhemel plotseling ten stuk dichterbij is komen staan.

woensdag 9 november 2011

Thais ontbijten

Thais staan erom bekend dat ze de hele dag door eten. Op straat zie je overal stalletjes met de meest uiteenlopende gerechten en snacks en ze hebben het de hele dag door druk. Niet dat Thais nou zulke grote eters zijn, want Thais eten is vaak licht en niet erg vullend. Terwijl de gemiddelde Nederlander genoeg heeft aan drie stevige maaltijden per dag (en een koekje bij de koffie), eten de Thais vaak wel vijf of zes keer per dag, nog los van de snacks die ze naar binnen werken.

De straatverkopers hebben het al vroeg in de ochtend druk, want ook ontbijten gebeurt vaak op straat. Noedelsoep, rijstsoep, kanom (een verzamelnaam voor allerlei zoete rijsthapjes), khao pad (gebakken rijst), khao man gai (rijst met bouillon en gekookte kip), je kunt het zo gek niet denken of het  kan als ontbijt dienen. Daarbij wordt dan vaak café yen (sterke ijskoffie met veel zoete gecondenseerde melk) of cha yen (hetzelfde maar dan met thee) gedronken.

Mijn favoriete Thaise ontbijt bestaat uit noedelsoep of rijstsoep. Meestal zit er varkensgehakt, kip of garnelen in de soep. Daar kun je dan allerlei bijgerechtjes aan toevoegen, zoals omelet, gehakte koriander, taugé.Thais eten staat bekend als pittig, maar de ontbijtversies van bekende Thaise gerechten zijn vaak verrassend mild. Ook de Thai heeft 's ochtends nog een gevoelige maag.